‘E lekker stikske kerbout met appelspijs … dè’s veer neu de kermis te geun!’ (Een lekker stukje balkenbrij met appelmoes … dat is om naar de kermis te gaan!)
Vandaag koop je “balkenbrij” bij de slager of in een warenhuis, maar vroeger maakten de boeren het thuis zelf: ‘kerbaut’, o.m. Peerder dialect voor balkenbrij met varianten ‘karboeët, kerboeët, kreboeët, krebuut’ en ook ‘krapoet’ en waarschijnlijk nog meer. Niet alleen de boeren, maar ook heel wat gewone burgers, hadden thuis een of meer varkens om voor zichzelf te (laten) slachten. Tot in de jaren ’60 was dat heel gewoon en ook toegestaan. Meestal werd in de herfst het vetgemeste varken door de plaatselijke slager of door iemand anders uit het dorp of de buurt geslacht. Wie weet nog dat november de “slachtmaand” genoemd wordt? Van dierenrechten of dierenwelzijn was er in die tijd nog helemaal geen sprake en het slachten van een varken was dan ook niet altijd een zachtzinnige gebeurtenis. Wel was er meestal een feeststemming, want slachten betekende lekker en veel vlees gedurende de winter. Een boeiend verhaal om de (t)huisslacht te leren kennen, is zeker http://www.deetere.com/huisslacht_wf.htm
Het varkensbloed werd opgevangen en nadien met stukjes vlees en slachtafval zoals longen gemengd. Daarbij werden dan (naar eigen recept en voorkeur) (boekweit)meel en allerlei kruiden gemengd. Dit mengsel werd aan de kook gebracht en het uiteindelijke resultaat was dan het typisch Limburgse streekgerecht ‘kerbout’ … in vierkante of ronde vormen. ‘Kerbout’ kon je dan in schijven bakken in een hete pan zodat de korst lekker krokant werd … heerlijk, met wat appelmoes erbij!
De herkomst van de woord? In het Limburgs etymologisch woordenboek van Debrabandere lezen we dat het wellicht van het werkwoord ‘kerbeuten’ zou komen en dat betekent “dooreenhutselen”. Een andere verklaring zou zijn dat al die dialectwoorden voor balkenbrij teruggaan naar het Nederlandse woord “kruipuit”. Men gaat ervan uit dat o.m. balkenbrij de benaming “kruipuit” gekregen heeft omdat de brij bij het bakken de neiging heeft uit zijn vorm (of darm) te kruipen. Die darm wordt vooral gebruikt bij het maken van bv. bloedworst en pens, maar niet bij ‘kerbout’. Een derde verklaring gaat terug naar het feit dat ‘kerbout’ vroeger in een doek geknoopt aan een balk in huis werd opgehangen, vandaar de naam balkenbrij. Tenslotte is er nog een vierde mogelijke verklaring omdat een verband gelegd kan worden met de Middelnederlandse vormen “balch / ballich” om de “ingewanden van de slacht” aan te duiden en ook naar de term “gebalchte” om de “darmen en pens” aan te duiden. In dit verband is het wel belangrijk om aan te stippen dat “bloedworst” en “pens” niet hetzelfde zijn als ‘kerbout’. Nu ja, waar de naam ‘kerbout’ exact vandaan komt, zal je “worst wezen” als je een stukje aan het eten bent … Laat het smaken!
Meer ‘kerbout’:
https://www.vlaamswoordenboek.be/definities/term/karboet
http://www.deetere.com/huisslacht_wf.htm
https://www.e-wld.nl/lemma/search/?search=balkenbrij
https://etymologiebank.nl/trefwoord/kruipuit
https://vcv.be/pdf/1_6/MORES_dialect.pdf
Eerste publicatie in Blikveld nr. 11 van 18 februari 2022.
Louis Dingenen
Reactie en vraag
Na de eerste publicatie van dit stukje kwam er een vraag van een lezer binnen. Kent iemand hierop het antwoord? Laat het ons dan ook weten!
Het behoeft geen betoog dat ‘Blikveld’ elke week met aandacht en genoegen gelezen wordt. Ook wanneer je niet van Peer bent (zoals ik.)
Het artikel over ‘kerbout’ is erg interessant. Wat ik me echter al jaren afvraag is; wordt kerbout uitsluitend met varkensbloed gemaakt? En zo ja, waarom? Wat is er mis met bijvoorbeeld rundsbloed, met betrekking tot kerbout? Ik heb die vraag ook al eens voorgelegd aan een veearts, maar die moest na ruim een half jaar informeren bij zijn (oudere) klanten, de handdoek in de ring gooien. Is er misschien onder de lezers iemand die hierop een antwoord kan geven?