‘De kemissie (1) van de kemiezen (2) hèèt beslist dat ge gieën extra kemissie (3) mieë krijgt as ge hun kemissies (4) doet!’ (De commissie van de douane heeft beslist dat je geen extra commissie meer krijgt als je hun boodschappen doet!)
Toegegeven, de voorbeeldzin hierboven is een “beetje” gekunsteld, maar er zitten vier leuke woorden in die lang niet iedereen nog zal kennen en ze zijn alle vier (o.m.) Peerder dialect.
Over de eerste ‘kemissie (1)’ (klemtoon (op /mi/) kunnen we redelijk kort zijn: “commissie” bestaat ook in het AN en is algemeen gekend als “een groep personen met een opdracht”. Vroeger betekende het woord “commissie” ook “opdracht” op zich. Alle info over bv. de commissies in het Vlaams Parlement vind je via https://www.vlaamsparlement.be/over-het-vlaams-parlement/begrippenlijst/commissie.
De derde ‘kemissie (3)’ in de zin is de vergoeding die iemand krijgt als “commissie(loon)” voor zijn tussenkomst, hulp en werk bij een handelsopdracht zoals een aan- of verkoop. Bekend of berucht zijn de commissies van vastgoedmakelaars en voetbalmakelaars. Vastgoedmakelaars werken met een (redelijk) vast tarief tussen 3 en 6% en officieel zouden voetbalmakelaars maximaal 10% commissie mogen opstrijken bij een transfer, maar dat is pure theorie!
De vierde ‘kemissie (4)’ in de zin is wat wij “boodschappen” noemen, bv. als je naar de winkel gaat om ‘kemissies’ te doen. Deze ‘kemissie’ had vroeger ook een afgeleide en iets minder bekende betekenis, maar we vinden ze wel terug in het Etymologisch Woordenboek van de Nederlandse taal. De betekenis “boodschap” diende als verbloemende taal voor het “doen van de menselijke natuurlijke behoeften” … ‘groëte en klèèn commissies’, naar de “grote” of “kleine” wc gaan! Ook bij ons was dat zo bekend en misschien gebruiken sommige dialectsprekers die termen nog als ze bv. extra beleefd willen zijn.
Het woord ‘kemies (2)’, met doffe eerste /e/ en de klemtoon op de /ie/ en ook als “commies” gespeld, is in onbruik geraakt … omdat het werk van de ‘kemiezen’ of ‘commiezen’ enorm gereduceerd is nu de landsgrenzen bij ons bij wijze van spreken verdwenen zijn. ‘Kemiezen’ of ‘kommiezen’ zijn douaniers, maar in Nederland is “commies” een algemene, maar verouderde term voor een bepaald soort lagere of middelbare “ambtenaar” en heel specifiek voor een douanebeambte. Er zijn veel “smokkelverhalen” bekend in onze streken waarin ‘smo.kkelèèrs’ uit de handen van de ‘kemiezen’ proberen te blijven. In het Middelnederlands werd de uit het Frans overgenomen term “commies” ook in Vlaanderen gebruikt, maar later alleen nog in Nederland. Een bekende term is ook ‘kommiesbrood’, een soldatenbrood met veel zemelen. In sommige streken in Vlaanderen is ook ‘kommiezenhesp’ bekend … Volgens de enen is het een synoniem van “peperkoek” omdat de soldaten vroeger zelden vlees te eten kregen, maar wel een stukje “peperkoek” dat dan schertsend “hesp” genoemd werd. Bij ons heb ik als verklaring genoteerd dat het “gesmokkelde hesp” zou zijn … Kent jij de echte betekenis(sen) van ‘kommiezenhesp’?
Meer ‘kemissies en kemies’:
http://etymologiebank.ivdnt.org/trefwoord/commissie
http://etymologiebank.ivdnt.org/trefwoord/commies
http://www.vlaamswoordenboek.be/definities/term/kommies
Eerste publicatie in “Blikveld” nr. 45 van 5 november 2021.
Louis Dingenen