Koetsjoe en ketsjoe

‘Doet oeër koetsjoeë botte mèr aan, want het is hei everal naat en vettig!’ (Trek je rubberen laarzen maar aan, want het is hier overal nat en drassig!)

Rubber wordt geproduceerd uit latex, een andere naam voor caoutchouc, die uit de Braziliaanse rubberboom wordt gewonnen. Het ligt voor de hand dat het moeilijke woord caoutchouc verbasterd zou worden.

De stofnaam zelf, de caoutchouc, heet bij ons ‘koetsjoe’, ‘ketsjoe’ of ‘katsjoe’. Het bijvoeglijke naamwoord is: ‘ketsjoeë of katsjoeë’ en de klemtoon in het uitspraak kan erg variëren per streek.

“Rubber” komt van het Engelse “to rub” en wijst op de “rubberen” gom/gum waarmee je wrijft. Er is nóg een bekend “rubbertje”, nl. het “condoom”, ‘kepotje’ of ‘Engels jèske’, vanuit het Franse ‘capot anglais’ … ook een Engels product dus… en meegebracht door de Britse en Amerikaanse soldaten in WO II om toch maar geen kindjes te maken bij hun Europese liefjes.

Meer ‘koetsjoe’:

https://nl.wikipedia.org/wiki/Rubber  
https://www.etymologiebank.nl/trefwoord/caoutchouc  

Eerste publicatie in Blikveld nr. 32 van 12 augustus 2022.

Louis Dingenen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *