Fèl

Ge moet fèl zijn met oeër jing … dan zijn zij ooch fèl met o.ch! (Je moet lief zijn voor je kinderen … dan zijn zij ook lief voor jou!)

Fèl zijn met iemed’ betekent (o.m.) in het Peerder dialect dat je “lief bent met iemand, dat je hem/haar graag ziet en graag hebt en dat ook toont …” We kennen in het AN “fel” als “vurig, hartstochtelijk, sterk, erg, hevig …”. In de Middeleeuwen betekende “fel” ongeveer het tegenovergestelde van wat het nu betekent, nl.  “hardvochtig, wild, bloeddorstig, wreed, hard …”.

‘Fèl’ gebruiken wij in het Peerder ook in de betekenis van ‘erg’ zoals in: ‘Ich vond dè fèl everdreve!’ (Ik vond dat erg overdreven!). En ooit meen ik in Peer gehoord te hebben: ‘Deu bin ich nie fèl op …dè waas niet fijn van mich!’ in de zin van “Daar ben ik niet trots op, niet fier op … dat was niet mooi van mij!” Ken jij dat ook zo?

http://www.vlaamswoordenboek.be/definities/term/felhttps://etymologiebank.nl/trefwoord/fel

Eerste publicatie in Blikveld nr. 18 van 28 april 2023.

Louis Dingenen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *