‘Bèèd o.ch ‘s euves en zèrg da ge oeëre noster altijd bij o.ch had!’ (Zeg je gebeden ’s avonds op en zorg dat je altijd je paternoster bij je hebt!)
De goede raad van onze ouders klinkt nog bekend in de oren. Die ‘noster’ is (o.m.) in het Peerder dialect de korte vorm van het woord “paternoster” waarmee het gebedssnoer bedoeld wordt dat wij als ‘roezenkrans’ (rozenkrans) kennen met 6 grote en 53 kleine kralen.
De letterlijke betekenis van (de) “paternoster” is evenwel (het) “Onze Vader”, het bekendste christelijke gebed. Mijn grootvader sprak vroeger zelfs nog over het ‘Vader Ons’, de letterlijke vertaling van “Pater” (vader) en “Noster” (ons/onze).
Met de ‘(pater)noster’ in de hand kun je dus de ‘roezenkrans’ bidden: het volledige “rozenkransgebed” omvat 15 Onze Vaders en 150 Weesgegroetjes (= 3 x de ‘noster’), maar de verkorte versie ervan werd meer gebeden en is bekend als “rozenhoedje” waarbij de ‘noster’ één maal gebeden wordt.
Meer ‘noster’:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Onzevader
Eerste publicatie in Blikveld nr. 24 van 17 juni 2022.
Louis Dingenen