Scheper en ordentelijk

‘Ge loeëpt erbij gelijk ‘ne schèèper! Zjist ‘ne bèèdelèèr! Doet o.ch es wa ordenteleks aan!’ (Je loopt erbij als een schaapherder! Net een bedelaar! Trek eens wat fatsoenlijks aan!’)

Niet iedereen liep er vroeger zo goed gekleed bij als de mensen nu. Op de boerderij waren werkkleren de regel, in het Peerder beter gekend als ‘koj klieër’, ‘werrekendaagse klieër’ of’ wellekendaagse klieër’. Op zondag werden de ‘so.nnigse klieër’ of ‘de ‘goei klieër’ uit de kast gehaald en ook bij speciale gelegenheden werden die ‘goei klieër’ gedragen.

Het was toen ook geen kwestie van kleren en kleuren te kiezen en te combineren, zwart was altijd “mode”. Netjes voor de dag komen, was overigens ook een teken van trots en ‘pront’ zijn op zichzelf. Het was bijzonder vervelend, ja, zelfs onbeleefd, als je slecht gekleed was en er ‘schèppig’, ‘schuppig’ of als een ‘schippegek’ (gek, idioot) bijliep, want ‘wa geun de minse nie zegge?’ (wat zullen de mensen wel zeggen). ‘Ge loeëpt erbij gelijk ’ne schooier’, ‘ge zijt zjist ‘ne bèèdelèèr’, ‘wa hadde mich nau aan, zjist ‘ne bohemer / behemer’ (met doffe /e/) en ook ‘ge zijt persies ‘ne landloeëper’ of ‘ge loeëpt erbij wie ‘ne schèèper. Doet o.ch es wa ordentelijks aan!’ (met de klemtoon op de ‘den’ en de /te/ en /lijks/ worden dof uitgesproken). Het waren bekende uitspraken als je sjofel, pover, slecht, onverzorgd, armoedig of slordig gekleed was of er als een armoezaaier uitzag.

Een schooier’ was een bedelaar, want ‘schooien’ is “bedelen” in het AN. Bij uitbreiding betekent ‘schooier’ ook “schurk, zwerver, deugniet en armoezaaier” en als je schooier genoemd werd, was dat beslist geen compliment. Een synoniem was en is ‘bèèdelèèr’, “bedelaar”. ‘Bohemer’ was eigenlijk ook een scheldwoord en synoniem van “zigeuner”. Bohemers zijn oorspronkelijk uit Bohemen in Tsjechië afkomstig. ‘Bohemer’ genoemd worden, was ook geen compliment, want in onze streken trokken nogal wat “Bohemers” bedelend rond en daarmee we zitten weer bij de vorige betekenis. Verwar ‘bohemer’ overigens niet met “bohemien”, want dan gaat het over mensen die in de 19de en in het begin van de 20ste eeuw bewust aan de rand van de maatschappij wilden leven, vooral in grootsteden, op een heel eigengereide manier en met eigen onconventionele leefregels, soms alleen, maar meestal in groepen. ‘Landloeëper’ is synoniem van “dakloze, zwerver, clochard” en evenmin een compliment. In Peer-Centrum blijkt ‘zwart Bèèrke’ aan heel wat van de bovenstaande omschrijving voldaan te hebben, zo hoor je van wie hem nog gekend heeft in ‘ze beto.nne brekske’ (betonnen barakje) tegenover de waterzuiveringsinstallatie in de Goudbergstraat, rechts, richting Wijchmaal vanuit Peer-Centrum.

Blijft dan nog over: ‘az ‘ne schèèper’, als een schaapherder … vermoedelijk, maar ik kan deze uitdrukking nergens bevestigd krijgen. Daarom mijn vraag: kennen wij deze uitdrukking in Groot-Peer: ‘’t erbij loeëpen gelijk ‘ne schèèper’? We kennen de ‘schèèper’ of ‘scheeper’ als herdershonden, maar ken je het woord ‘schèèper’ als (schaap)herder (nog)? Schaapherders leven vooral buiten en ze hebben het natuurlijk hard te verduren. Het is mogelijk dat hun verweerde uiterlijk en hun redelijk primitief aandoende kleding de mensen ooit geïnspireerd hebben tot de vergelijking ‘az ‘ne schèèper’ om iemand aan te duiden die er (bijzonder) slecht gekleed bijloopt! Alle info is welkom! We zijn benieuwd.

Oh ja… ‘doet o.ch es wa ordentelijks aan’, trek je eens wat fatsoenlijks aan. We herkennen in ‘ordentelijk’ het woord “orde” in de betekenis van “op de juiste wijze, zoals het hoort” en we gebruiken dit ‘ordentelijk’ ook vandaag nog in het AN, al is het wat ouderwets. Van Dale geeft twee betekenissen: “fatsoenlijk”, zoals in de voorbeeldzin hierboven, en “redelijk, schappelijk” zoals in “hij heeft dat huis nog tegen een ordentelijke prijs kunnen kopen!” ‘En doet o.ch nau eindelijk es iets ordentelijks aan, hè!’

Nog ‘schèèper’:

https://nl.wikipedia.org/wiki/Schaapherder
https://etymologiebank.nl/trefwoord/schooier https://www.vlaamswoordenboek.be/definities/term/bojemer  https://nl.wikipedia.org/wiki/Bohemien;
https://etymologiebank.nl/trefwoord/ordentelijk  
https://neerlandistiek.nl/2021/09/ordelijk-ordentelijk/

Eerste publicatie in “Blikveld” nr. 14 van 5 april 2024.

Louis Dingenen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *